reguleren werkw. Uitspraak: [ rexyˈlerə(n) ] Afbreekpatroon: re·gu·le·ren Vervoegingen: reguleerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gereguleerd (volt.deelw.) voorschrijven hoe (een activiteit) moet verlopen Voorbeeld: 'Gokken is in Nederland streng gereguleerd.' Synoniemen: in de wet vastleggen 7 definities...
1) Afdoen 2) Afspreken 3) In de wet vastleggen 4) In goede banen leiden 5) Leiden 6) Ordelijk doen verlopen 7) Rangschikken 8) Regelen 9) Schikken 1) Afspreken 2) Leiden 3) Passen 4) Regelen 5) Schikken 
leiden, ordelijk doen verlopen; regelen, schikken, afspreken (Winchester 2003)
regelmatig maken (toon de herkomst via de etymologiebank)
regelmatig maken, regelen
Def.: het leiden van de rivier d.m.v. het construeren van kunstwerken ter voorkoming van ongewenste natuurlijke ontwikkelingen.
regelmatig maken
Aan regels onderwerpen
Het verbeteren van de stand van het gebit met beugels.