
de ritzege zelfst.naamw. (m./v.) Uitspraak: [ 'rɪtsexə ] Afbreekpatroon: rit·ze·ge Verbuigingen: ritzeges (meerv.)
overwinning in een etappe van een wielerwedstrijd Voorbeeld: 'Hij behaalde zijn vijfde ritzege in de Tour de France.'
Gevonden op
https://woorden.org/woord/ritzege

1) Tourbegrip 2) Overwinning 3) Wielerterm 4) Winst in een etappe 5) Overwinning in een etappe 6) Etappeoverwinning 7) Etappewinst 8) Ritoverwinning
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Ritzege/1

overwinning in een etappe
Gevonden op
https://encyclo.nl/lokaal/11555
Geen exacte overeenkomst gevonden.