ruw, wild, onbeschaafd, ongemanierd - Voorbeeld: ‘En toch waren er onnaspeurbare diepten in 't ruwlokte gemoed dier knechtebrakken’ - Voorbeeld: ‘Met voorliefde vertelde hij ons de gebeurtenissen uit het ruwlokte verleden’ Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0020.php