de spanner zelfst.naamw. (m.) Afbreekpatroon: span·ner Verbuigingen: spanners (meerv.) Verbuigingen: spannertje (verkleinwoord) 1) voorwerp om iets mee onder spanning te zetten 2) vlinder van de familie , waarvan de rupsen zich door spannen voortbewegen . Synoniemen: moersleutel 4 definities...
1) Dier 2) Gereedschap 3) Insect 4) Landmeter 5) Moersleutel 6) Nachtvlinder 7) Smanner is fout, het moet spanner zijn! 8) Vlinder 9) Werktuig om te spannen 1) Landmeter 2) Moersleutel 
[Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Spanner``] 1o. Een man, die den geoefenden armborstschutter met reserve-armborsten volgde, opdat deze altijd de gespannen boog zoude hebben, daar het spannen tijdroovend wss. 2o. Een werktuig tot het spannen van den kruisboog (cranequin), 3o. Eene soort van schroe...
werktuig om iets te spannen
[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] (Sportterm), moersleutel.
instrument om de spanning op strak gespannen draden of touwen te regelen. Bijvoorbeeld de spanschroef, de stagtalie en de wanttalie.
Ook: spanschroef of wantspanner. Apparaat met een linkse en een rechtse schroefdraad om de stagen of de zeerelingen te kunnen spannen. Zie ook Staand want.