de stick zelfst.naamw. (m.) Verbuigingen: sticks (meerv.) Verbuigingen: stickje (verkleinwoord) 1) staafvormig voorwerp 2) een slaghout bij (ijs)hockey, een hockeystick Voorbeeld: 'Bij hockey wordt gebruik gemaakt van sticks.' 3) idem gebruikt bij golf, een golfclub 4) een USB-stick of mem... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/stick