de thesaurier zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ tezɑu'rir ] Afbreekpatroon: the·sau·rier Verbuigingen: thesauriers (meerv.) de thesau - rière zelfst.naamw. Uitspraak: [ tezɑu' - rjɛ:rə ] Afbreekpatroon: the·sau·rier Verbuigingen: thesaurières (meerv.) iemand die verantwoordelijk is voor het beheer van geldzaken Voorbeelden: 'thesaur...
1) Kassier 2) Penningmeester 3) Quaestor 4) Schatbewaarder 5) Schatmeester 1) Beheerder 2) Bestuurslid 3) Kassier 4) Penningmeester 5) Quaestor 6) Rekenplichtige 7) Rentmeester van de staat 8) Schatbewaarder 9) Schatmeester 
Let op: Spelling van 1858 schat- of penningmeester. Thesaurisatie, het schatten verzamelen. Thesaurus, Lat., trésor, Fr., schat, rijkdom; schatkamer. Thesaurus ecclesiae, de kerkschat; daardoor verstaan de Roomsch-Katholijken deovertollige goede werken, zoo van de maagd Maria, als van de Heiligen en al...
Beheerder van de schatkist. De thesaurier is ook wel bekend als penningmeester.
penningmeester
penningmeester
beheerder van de schatkist.