[Vergeten woorden] (st. toog), tieën 1) (heeft getogen) trekken
2) (heeft getogen) leiden, opvoeden
3) (is getogen) zich bevinden, trekken, gaan [= tijgen (een verbastering), Duits ziehen, ~ tocht, tucht, tuig, getuigen, teug, opgetogen, toog ‘leider’, tokken, tuk ‘begerig’, tuik ‘schrander’, toom ‘lijn,...
Gevonden op
https://taaldacht.nl/vergeten-woorden/
trekken, zich begeven naar - Voorbeeld: ‘
De scharen van Westrijk komen samen te Parijs om vandaar dieper het Zuiden in, de vijand tegemoet te tiegen’ - Voorbeeld: ‘
Zij hield niet alleen aan met Laboulle, maar toog nu eens in gezelschap van een metser, vendelde met een voerman, of liep met vreemde werklieden’
Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0022.php
Geen exacte overeenkomst gevonden.
