
eig.: trippel end uitgevoerde dans; beeldend gebruikt met betrekking tot een reeks Voorbeeld: ‘
huppelende’ klanken (WNT); zie ook: tribbel - Voorbeeld: ‘
Zo gauw galmden de klokken luide de blijde trippeldans, net babbelend zilverspel door de ijle lucht, ten teken dat 't feest was’
Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0022.php
Geen exacte overeenkomst gevonden.