uitgooien werkw. Uitspraak: [ 'œytxojə(n) ] Afbreekpatroon: uit·gooi·en Vervoegingen: gooide uit (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft uitgegooid (volt.deelw.) van je af gooien Voorbeelden: 'het anker uitgooien als je met je boot op het meer bent' , 'in haast je kleren uitgooien' , 'je hengel uitgooien als je aan het vissen bent' , 'D... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/uitgooien
1> overboord werpen. Bijvoorbeeld een dreg uitgooien. WATER UITGOOIEN met een hoosvat lek-, regen- en buiswater uit de hoos scheppen en overboord werpen. Gewoonlijk hozen genoemd. 2a> overboord zetten of op andere wijze van het schip in het water laten gaan. Dus niet met een worp maar gewoon langs het schip naar beneden. Bijvoorbeeld in: we zu... Gevonden op https://www.debinnenvaart.nl/binnenvaarttaal/index.php?woord=u#uitgooien