veralgemenen werkw. Uitspraak: [ vərɑlxə'menə(n) ] Afbreekpatroon: ver·al·ge·me·nen Vervoegingen: veralgemeende (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft veralgemeend (volt.deelw.) tot iets algemeens maken Voorbeeld: 'Vrouwen kunnen niet rijden, zeg je? Ik zou dat niet veralgemenen als ik jou was.' Synoniemen: : veralgemeniseren, gene... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/veralgemenen