
1.fluisteren, fluisterend, bedektelijk zeggen, meedelen Voorbeeld: ‘
Er werd jaloersheid verfluisterd’ (dorpslucht II 126) Voorbeeld: ‘
Een algemene afwachtende stilte bleef er hangen waarin het lijzig gesuizel der berken en de ademzucht in de wiegende riethalmen nasleepte als 't verfluisteren ener geheime boodschap of ingehouden wee...Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0024.php
Geen exacte overeenkomst gevonden.