1.verspillen, verkwisten Voorbeeld: ‘Ze overvoerden hem langs alle kanten met woorden en redens, maar de boer achtte 't nu oorloos daar nog praat aan te verkletsen’ Voorbeeld: ‘De opgewekte stemming welke overal in de lucht hing, stak hen tegende feestroes in ieder huisgezin, al het paaigeld er aan verkletst’ 2.met kletsen do... Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0024.php