zich verloven reflexief werkw. Uitspraak: [ vərˈlovə(n) ] Afbreekpatroon: ver·lo·ven Vervoegingen: verloofde zich (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft zich verloofd (volt.deelw.) officieel beloven dat je met elkaar gaat trouwen Synoniemen: engageren ondertrouwen 5 definities... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/verloven