de voordeur zelfst.naamw. (m./v.) Uitspraak: [ 'vordɵ:r ] Afbreekpatroon: voor·deur Verbuigingen: voordeuren (meerv.) deur waardoor je een huis binnen gaat, gewoonlijk aan de straatkant Voorbeeld: 'Er staat iemand aan de voordeur.' Antoniem: achterdeur 5 definities... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/voordeur
1) Buitendeur 2) Deel van een gebouw 3) Deel van een huis 4) Deur aan de voorkant 5) Deur naar buiten 6) Hoofdingang 7) Huisdeur 8) Toegang 9) Toegang tot een huis 10) Vooringang 11) Vooruitgang Gevonden op https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Voordeur/1
De voordeur is de deur in de hoofdingang van een pand. Bij een huis in de rij is dit vrijwel altijd de enige ingang in de rooilijn, en die zit dan dus in de voorgevel. Bij heel brede huizen heeft de voorgevel soms méér dan één ingang, alleen de belangrijkste (en dus rijks... Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10789