slimmerd, slimme kerel - Voorbeeld: ‘De kuiper was al op zijn banden aan 't kloppen, de kleermaker zat weer op zijn tafelier en de schoenmaker was lang weer in zijn hol gekropen, maar die vossekerel lag er misschien te slapen’ Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0024.php