
[
Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Wolfskuilen``] Trechtervormige putten met cirkel- of veelhoekvormig bovenvlak. De bovenbreedte is gewoonlijk 1,80 à 2 el, de diepte 1 à 1,5 el en de benedenbreedte 0,50 à 0,65 el. In het midden wordt een aangepunte paal geplaatst van 10 à 15 duimen dikte en 2 à 2,50 el lengte, die zoo diep in den g...
Gevonden op
http://www.dbnl.org/tekst/land016mili01_01/land016mili01_01_0024.htm
Geen exacte overeenkomst gevonden.