de zodensnijder zelfst.naamw. (m.) Afbreekpatroon: zo·den·snij·der Verbuigingen: zodensnijders (meerv.) Verbuigingen: zodensnijdertje (verkleinwoord) een landbouwmachine die graszoden snijdt Voorbeeld: 'Hij heeft een nieuwe zodensnijder aangeschaft.' . 1 definitie... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/zodensnijder