de zwaluwstaart zelfst.naamw. (m./v.) Uitspraak: [ ˈzwalywstart ] Afbreekpatroon: zwa·luw·staart Verbuigingen: zwaluwstaarten (meerv.) 1) staart van een zwaluw biologie 2) verbinding tussen twee planken waarbij uitsteeksels aan de ene plank precies passen in uitsparingen in de andere plank techn...
1) Pleister 2) Rokkostuum 3) Verbandpleister 4) Ongewerveld dier 5) Pandjesjas 6) Papenmuts 7) Houtverbinding 8) Schertsende naam voor rokkostuum 9) Dagroofvogel 10) Insect 11) Rok 12) Vlinder 
Zie Papenmuts. Zwaluwstaart (boven) en papenmuts (onder)
[Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Zwaluwstaart``] Zie Papenmuts
Uit `De lagere vaktalen: Taal der smeden en koperslagers ` 1914 verbindingsmiddel om 2 stukken metaal stevig aan elkaar te brengen.
Houtverbinding in de vorm van een zwaluwstaart.
houtverbinding lijkend op de staart van een zwaluw
dit kan slaan op de zogenaamde duwvleugels of op de zwaluwstaartformatie .