het EK zelfst.naamw. Uitspraak: [ e'ka ] Verbuigingen: EK's (meerv.) Europees kampioenschap sport Voorbeeld: 'het EK wielrennen' 4 definities
1) Aanstaande 2) Aanstaande (Afk.) 3) Eerste kamer 4) Eerste kamer (Afk.) 5) Eerste kwartier 6) Eerste kwartier (Afk.) 7) Eerstkomend 8) Eerstkomend (Afk.) 9) Eerstkomende 10) Eerstvolgend 11) Eerstvolgend (Afk.) 12) Eerstvolgende 13) Europees kampioenschap 14) Europese kampioenschappen 15) Gestalte van de maan 1) Europeeskampioenschap 
1) Europees kampioenschap 2) Europese kampioenschappen
[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] eerstkomend(e, en).
oude schrijfwijze van ijk (zegt men).
Enkelvoudige kamer.