1) met het oog op de gemakkelijkheid, het gemak; omwille, ter wille van de gemakkelijkheid, het gemak; vanwege de gemakkelijkheid; uit gemakkelijkheid; voor de gemakkelijkheid; voor het gemak; om het gemakkelijk te houden; om de zaak niet te compliceren
2) met uitgesproken negatieve bijklank: om het zich gemakkelijk te maken (en er n...
Gevonden op
https://anw.ivdnt.org/article/gemakkelijkheidshalve
Geen exacte overeenkomst gevonden.