[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] een groot stuk stof van wol en katoen, dat de Mooren in N.-Afrika als zij uitgaan, omwerpen; bij slecht weder wordt over den haïk nog een mantel met een kap, die zolhan of boernoes heet, gedragen. Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/beer004woor01_01/beer004woor01_01_0012.php