
Spreekwoorden: (1914)
Have en goed,d.w.z. al iemands bezittingen; mnl. have ende goet; hd. Hab(e) und Gut; eng. goods and chattels. Eig. verstond men onder have de roerende goederen, die men in de middeleeuwen ook noemde havelijc goet en in de 17<sup>de<-sup> eeuw tilbare have (Hooft). Vgl. Plantijn: Have end...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778

Spreekwoorden: (1914)
Have en goed,d.w.z. al iemands bezittingen; mnl. have ende goet; hd. Hab(e) und Gut; eng. goods and chattels. Eig. verstond men onder have de roerende goederen, die men in de middeleeuwen ook noemde havelijc goet en in de 17<sup>de<-sup> eeuw tilbare have (Hooft). Vgl. Plantijn: Have end...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778
Geen exacte overeenkomst gevonden.