
Spreekwoorden: (1914)
Verguld zijn,d.i. vereerd, verheugd, verblijd zijn met iets, ergens mede in zijn nopjes zijn; eig. glanzen van genoegen, met van vreugde stralende ogen. In de middeleeuwen komt verguld voor in den zin van opgewonden, dronken, ‘waarschijnlijk naar de hooge kleur van het roode goud of van ander ...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778

Spreekwoorden: (1914)
Verguld zijn,d.i. vereerd, verheugd, verblijd zijn met iets, ergens mede in zijn nopjes zijn; eig. glanzen van genoegen, met van vreugde stralende ogen. In de middeleeuwen komt verguld voor in den zin van opgewonden, dronken, ‘waarschijnlijk naar de hooge kleur van het roode goud of van ander ...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778
Geen exacte overeenkomst gevonden.