de teller zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ 'tɛlər ] Afbreekpatroon: tel·ler Verbuigingen: tellers (meerv.) 1) apparaat dat iets telt of meet Voorbeelden: 'De teller stond op ruim 200.000.' , 'toerenteller' 2) wat bij een breuk boven of voor de streep staat wiskunde Voorbeeld: 'In de breuk 3/4 is 3 de t... Gevonden op https://woorden.org/woord/teller
1) Rekenkundige term 2) Breuken 3) Breukstreep 4) Wiskundig getal 5) Meter 6) Cijfer bovenaan een breuk 7) Rekenkundig begrip 8) Rekenaar 9) Cijferaar 10) Tikker 11) Getal bovenaan een breuk 12) Deel van een cassetterecorder 13) Deel van een breuk 14) Getal 15) Deel van een rekenkundige bewerking 16) Deeltal Gevonden op https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Teller/1
(Eng: counter) 1. Computerorgaan, veelal een geïntegreerde schakeling waarin het aantal gebeurtenissen wordt bijgehouden, waarin getallen in het binaire stelsel worden opgeteld en afgetrokken. 2. Optel- en saldeermechanisme van een mechanisch apparaat. Gevonden op https://www.angelfire.com/ca/vlietstra/CADCAM.pdf
(Eng: adder) 1. Een schakeling die een binaire optelling uit kan voeren. 2. Een circuit in een kleurentelevisieontvanger dat het primaire ontvangstsignaal versterkt. Gevonden op https://www.angelfire.com/ca/vlietstra/ELECTRON.pdf
(Eng: counter) 1. Een circuit, zoals een flip-flop, dat het aantal ontvangen pulsen bijhoudt en het totaal geregistreerde aantal (visueel) weergeeft. 2. Een mechanisme, zoals een elektromechanische indicator, dat het aantal ontvangen pulsen bijhoudt en het totaal geregistreerde aantal (visueel) weergeeft. Gevonden op https://www.angelfire.com/ca/vlietstra/ELECTRON.pdf