aangeschoten bijv.naamw. Uitspraak: [ ˈanxəsxotə(n) ] Afbreekpatroon: aan·ge·scho·ten beetje dronken Synoniemen: : teut, tipsy aangeschoten wild zijn (niet meer kunnen functioneren omdat er geen vertrouwen meer in je is) 'Na het schandaal was hij aangeschoten wild.' Zie ook: aanschieten Synoniemen: beneveld beschonken dronken getroff... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/aangeschoten