het adjectief zelfst.naamw. Uitspraak: [ 'ɑtjɛktif, ɑtjɛk'tif ] Afbreekpatroon: ad·jec·tief Verbuigingen: adjectieven (meerv.) kenmerkend woord bij een zelfstandig naamwoord taalkunde Voorbeeld: '‘Oud’ is een adjectief bij ‘opa’ in ‘mijn oude opa’.' Synoniem: bijvoeglijk naamwoord Gevonden op https://woorden.org/woord/adjectief
Let op: Spelling van 1858 (term in de spraakkunst), bijvoegelijk naamwoord, hetwelk voor een zelfstandig naamwoord geplaatst wordt, b.v., een groot huis, de lange straat, het gehoorzame kind Gevonden op https://dbnl.org/tekst/weil004kuns01_01/
• [grammatica] een woordsoort dat wordt gebruikt om een eigenschap of hoedanigheid van een zelfstandig naamwoord te benoemen. Gevonden op https://nl.wiktionary.org/wiki/adjectief