bijna, nagenoeg, vrijwel (WNT) - Voorbeeld: ‘'t Is jammer dat ze ginder al achter moet begraven worden, waar ik haar graf nooit meer zien kan. - Dat is alver gelijk: weg is weg, als ze maar in uw hart blijft leven’ Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0004.php