annuleren werkw. Uitspraak: [ ɑny'lerə(n) ] Afbreekpatroon: an·nu·le·ren Vervoegingen: annuleerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft geannuleerd (volt.deelw.) niet door laten gaan Voorbeeld: 'een cursus annuleren omdat er te weinig aanmeldingen zijn' Synoniem: afgelasten Synoniemen: afbestellen afgelasten afzeggen annulering intre...
1) Afbestellen 2) Afblazen 3) Afgelasten 4) Afzeggen 5) Annulering 6) Cancelen 7) Herroepen 8) Intrekken 9) Nietigverklaring 10) Opheffen 11) Tenietdoen 12) Vernietigen 1) Afbestellen 2) Afgelasten 3) Afschaffen 4) Afspraak herroepen 5) Afzeggen 6) Annulering 7) Cancelen 8) Herroepen 9) Herroeping 10) Intrekken 11) Niet laten doorgaan 12) Niet laten plaats vinden 13) Niet laten plaatvinden 14) Nietig verklaren 15) Nietigverklaring 16) Ongeldig verklaren 17) Opdracht herroepen 
nietig verklaren (toon de herkomst via de etymologiebank)
Afgelasten.
• [ov] iets afgelasten.
vernietigen
vernietigen
financi?le zaken: Het ontbinden van een eerder gemaakte overeenkomst. ...
Nadat beide partijen een hypotheekofferte hebben ondertekend kunt u alsnog de hypotheek afzeggen (annuleren).
Nadat beide partijen een hypotheekofferte hebben ondertekend kunt u alsnog de hypotheek afzeggen (annuleren). Financiers zullen hiervoor meestal kosten in rekening brengen. Zie ook annuleringskosten. 
Ander woord voor afzeggen, herroepen, terugdraaien, ongedaan maken, vernietigen.overeenkomstenrecht: vernietigen, tenietdoen (inz. van contracten). ...rechtswetenschap: afzeggen. ...