[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] afvalligen, enz. in zake geloof of godsdienst; zo werd Keizer Julianus, die van Christen weer Heiden werd († 371) de Apostaat, de afvallige, genoemd. Gevonden op https://dbnl.org/tekst/beer004woor01_01/beer004woor01_01_0005.php