ausculteren werkw. Afbreekpatroon: aus·cul·te·ren Verbuigingen: ausculteerde Vervoegingen: geausculteerd (volt.deelw.) 1) (toe)luisteren 2) luisteren naar de geluiden in het lichaam Voorbeeld: 'De dokter bevoelde zijn pols en ausculteerde zijn hart.' . 2 definities... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/ausculteren