I autoniem bijv.naamw. Afbreekpatroon: au·to·niem Verbuigingen: autoniemer Verbuigingen: autoniemst met naam II het autoniem zelfst.naamw. Afbreekpatroon: au·to·niem Verbuigingen: autoniemen (meerv.) . 1 definitie...
1) Onder eigen naam 
tegenstelling van anoniem (toon de herkomst via de etymologiebank)
Etym: Gr. autos = zelf; onoma = naam. - Term die het tegengestelde aanduidt van anoniem. Een werk wordt onder de ware naam van de auteur gepubliceerd. Men spreekt in dat geval ook wel van een orthoniem (Gr. orthos = correct, juist).
Een woord dat in een zelfnoemfunctie wordt gebruikt.