de blinker zelfst.naamw. (m.) Verbuigingen: blinkers Verbuigingen: blinkertje 1) klein visje dat als aas wordt gebruikt 2) Bargoense benaming voor tand 
1) Kunstaas 
van glimmend metaal gemaakt kunstaas dat wordt gebruikt om te vissen op met name snoek, baars en snoekbaars; blinkertje; blinkerd; spinner deel van een tuig dat onder of naast de ogen van een paard wordt geplaatst om te voorkomen dat hij naar beneden kijkt, bijvoorbeeld naar schaduwen waar hij van zou kunnen schrikken
'Blinker' is een Belgische familiefilm uit 1999 gebaseerd op het boek 'Blinker en de bakfietsbioscoop' van Marc de Bel. In 2000 kwam er het eerste vervolg Blinker en het Bagbag-juweel.
spiegelend plaatje staal of messing, dat bij petroleumverlichting, het licht in de gewenste richting weerkaatst.
stralend oog (WNT) - Voorbeeld: ‘Het meiske had zulke wondere zachter blinkers in zijn hoofd’
(Bargoens, 1914) tand