het bassin zelfst.naamw. Uitspraak: [ bɑ'sɛ̃ ] Afbreekpatroon: bas·sin Verbuigingen: bassins (meerv.) grote bak waarin water kan worden opgeslagen Voorbeelden: 'sportbad met twee bassins' , 'zuiveringsbassin voor afvalwater' Synoniemen: bekken havenkom kom stroomgebied vijver waterbekken zwembad 
1) Waterbekken 2) Waterhouder 3) Waterkom 4) Vloeistofbekken 5) Vijver 6) Kom 7) Zwembad 8) Deel van een zwembad 9) Stuwbekken 10) Stroomgebied 11) Regenreservoir 12) Bekken 13) Waterreservoir 14) Havenkom 15) Dok 
waterbekken
Let op: Spelling van 1858 Fr., bekken, kom; eene door de natuur gevormde haven
Pan voor-het bereiden van siroop, gelei, e.d.
kom, bekken (toon de herkomst via de etymologiebank)
grote kuil waar water in bewaard wordt, zwembad vb: we hebben het bassin vol laten lopen
•bekken met een ondoorlaatbare bodem waarin water opgelagen kan worden.
Zuid-Nederlands voor haven .