de ben zelfst.naamw. (m.) Verbuigingen: bennen (meerv.) Verbuigingen: bennetje (verkleinwoord) hoge gevlochten mand, vaak gebruikt voor het bewaren van vis of vruchten . Synoniemen: bestaan existentie korf zijn Spreekwoorden en zegswijzen • zijn kop is zwaarder dan zijn ben en (=hij is dronken (of erg moe)) &bu...
1) Benaming 2) Bestaan 3) Beun 4) Bewaarplaats 5) Bun 6) Draagmand 7) Existentie 8) Fruitmandje 9) Goed 10) Jongensnaam 11) Jongensnaam, afkorting van Benjamin 12) Jongensnaam (Afk.) 13) Kaar 14) Korf 15) Korte jongensnaam 16) Korte vorm van Benjamin 17) Korte voornaam 18) Landcode van Benin 19) Mand 1) Bun 2) Existentie 3) Kaar 4) Kanis 5) Korf 6) Mand 7) Nis 8) Rugkorf 9) Tenenmand 10) Vismand 11) Zijn 
Ben is een Engelse jongensnaam. Het betekent `zoon van mijn rechterhand`. Extra info: Uit Oud Engels.
mand (toon de herkomst via de etymologiebank)
Italiaanse muziekterm: goed
[Vergeten woorden] (v. bennen), benne wond, verwonding [in bennen ‘(dodelijk) verwonden’, ~ banen ‘doden’]
tenen mand
Een ben was een tenen mand voor het vervoer van vis (ong. 50 kg). Afhankelijk van vorm waren er andere namen zoals paansbenne, pènsbenne en bakwiege Een kriel was een ben die op de rug gedragen werd. [vL]
tenen mand
1> vismand in het algemeen. Ook bin genoemd. In sommige gewesten wordt de term uitsluitend gebruikt voor een vismand waarin vis getransporteerd wordt. 2> mandje waarmee men mot onder het schip brengt. Ander woord voor motkorf.
woord uit 1812, uitleg bij teksten van E.J. Potgieter (1808 - 1875) mand.