betrekken werkw. Uitspraak: [ bəˈtrɛkə(n) ] Afbreekpatroon: be·trek·ken Vervoegingen: betrok (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: is betrokken (volt.deelw.) 1) (van de lucht) met wolken bedekt wordenmeteorologie Voorbeeld: 'De lucht betrok en het begon al snel te regenen.' 2) (van een gezicht) somber worde... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/betrekken
er gaan wonen vb: wanneer betrek je het nieuwe huis? erbij halen, erin mengen vb: wij betrekken onze kinderen bij elke beslissing kopen of halen vb: waar betrek je die aardappels van? met wolken bedekt vb: de lucht is betrokken plotseling betrok zijn gezicht [ging hij somber kijken] Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=betrekken
• [ov] zich in een woning installeren. • [ov] "~ op": een verband aanbrengen. • [ov] "~ bij": deel laten hebben aan een activiteit. • [erga] [meteorologie] bewolkt raken. Gevonden op https://nl.wiktionary.org/wiki/betrekken
voorzien van koopwaar, koopwaar ontbieden (WNT) - Voorbeeld: ‘Op 't dorp is het alle dagen Zondag en elke Zondag kermis: winkels zijn betrokken erger dan in stad, weeldegoed en sneukeling voor elk-end-een’ Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0005.php