bevrijden werkw. Uitspraak: [ bəˈvrɛidə(n) ] Afbreekpatroon: be·vrij·den Vervoegingen: bevrijdde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft bevrijd (volt.deelw.) de vrijheid (terug)geven Voorbeelden: 'De brandweer bevrijdde de chauffeur uit het wrak.' , 'zich bevrijden van de onderdrukking' Synoniemen: afhelpen banen emanciperen in vrijh... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/bevrijden
zorgen dat iemand niet meer gevangen is vb: hij bevrijdde het konijn uit zijn hok Synoniem: verlossen Tegenstellingen: arresteren inrekenen oppakken Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=bevrijden