
de bijzin zelfst.naamw. (m.) Afbreekpatroon: bij·zin Verbuigingen: bijzinnen (meerv.) Verbuigingen: bijzinnetje (verkleinwoord)
een deel van een uiting dat een ondergeschikte rol speelt ten opzichte van de hoofdzin Voorbeelden: 'Maar wat is hier nu de hoofdzin en wat is de bijzin?' , 'Ik ga naar school, omdat het moet. omdat het moet is hi...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/bijzin

1) Grammaticale term 2) Taalkundige term 3) Tekstfragment 4) Zin
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Bijzin/1

afhankelijke zin, ingebedde zin (toon de herkomst via de etymologiebank)
Gevonden op
http://www.etymologiebank.nl/trefwoord/bijzin

• [taalkunde] een deel van een uiting dat een ondergeschikte rol speelt ten opzichte van de hoofdzin.
Gevonden op
https://nl.wiktionary.org/wiki/bijzin

Een bijzin (ook wel afhankelijke of ondergeschikte zin) is een zin die een zinsdeel kan zijn in een zin of een onderdeel van een zinsdeel. Een algemeen kenmerk van bijzinnen is dat ze een woordvolgorde hebben waarbij de persoonsvorm achteraan staat. Als zinsdeel kunnen bijzinnen functies vervullen als onderwerp (1), lijdend voorwerp (2) enz.:
Gevonden op
https://taaladvies.net/termen/

een zin die als zinsdeel voorkomt in een samengestelde zin; in een bijzin staat de persoonsvorm aan het einde
De pot verwijt de ketel dat hij zwart ziet
Volgens de functie die de bijzin heeft, kennen we:
onderwerpszin - gezegdezin - lijdend voorwerpszin - meewerkend voorwerpszin - voorzetselvoorwerpszin - bijvoeglijke bijz...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10109
Geen exacte overeenkomst gevonden.