Term uit de prosodie ter aanduiding van dat type rijm waarbij rijmvrager en rijmgever zich binnen een en dezelfde versregel bevinden, bijv.: - Maar als ik opkeek van mijn boek, Doken er spoken uit een hoek (M. Nijhoff, VG, 19744, p. 70) Binnenrijm als verstechnisch basisprincipe vinden we in de oudste Middelneder... Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/dela012alge01_01/dela012alge01_01_02047.php