de blinker zelfst.naamw. (m.) Afbreekpatroon: blin·ker Verbuigingen: blinkers (meerv.) Verbuigingen: blinkertje (verkleinwoord) 1) klein visje dat als aas wordt gebruikt 2) Bargoense benaming voor tand . 3 definities... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/blinker
1) van glimmend metaal gemaakt kunstaas dat wordt gebruikt om te vissen op met name snoek, baars en snoekbaars; blinkertje; blinkerd; spinner 2) deel van een tuig dat onder of naast de ogen van een paard wordt geplaatst om te voorkomen dat hij naar beneden kijkt, bijvoorbeeld naar schaduwen waar hij van zou kunnen schrikken Gevonden op https://anw.ivdnt.org/article/blinker