het brillenglas zelfst.naamw. Uitspraak: [ 'brɪlə(n)xlɑs ] Afbreekpatroon: bril·len·glas Verbuigingen: brillenglazen (meerv.) een van de twee lenzen van een bril Voorbeelden: 'een barst in een brillenglas' , 'multifocale brillenglazen' Gevonden op https://woorden.org/woord/brillenglas