
de confituur zelfst.naamw. (m./v.) Uitspraak: [ kɔnfi'tyr ] Afbreekpatroon: con·fi·tuur Verbuigingen: confituren (meerv.)
gekookt mengsel van vruchten en suiker Voorbeelden: 'confituur van rode vruchten' , 'confituur maken' , 'aardbeienconfituur' Synoniem: jam
Gevonden op
https://woorden.org/woord/confituur

1) Vruchtengelei 2) Vruchtenjam 3) Broodbeleg 4) Jam 5) Broodsmeersel
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Confituur/1

zoet broodbeleg, gemaakt van fijngemaakte vruchten die met suiker en een bindmiddel tot een geleiachtige brij gekookt worden; jam soort of merk confituur
Gevonden op
https://anw.ivdnt.org/article/confituur
Geen exacte overeenkomst gevonden.