contamineren werkw. Uitspraak: [ kɔntami'nerə(n) ] Afbreekpatroon: con·ta·mi·ne·ren Vervoegingen: contamineerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gecontamineerd (volt.deelw.) besmetten, verontreinigen Voorbeelden: 'Als je door een mens of dier wordt gebeten, heb je kans op een bijtwond die door veel bacteriën gecontamineerd is.... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/contamineren
1) twee uitdrukkingen verhaspelen, zodat een onjuiste uitdrukking ontstaat 2) iets door vermenging of aanraking met een onzuivere, veelal giftige substantie besmetten, verontreinigen of bederven Gevonden op https://anw.ivdnt.org/article/contamineren