de douceur zelfst.naamw. (v.) Afbreekpatroon: dou - 'ceur Herkomst: «Frans Verbuigingen: douceurtje (verkleinwoord) geschenk (bedrag); bijverdienste economie en financiën Voorbeeld: 'Hij heeft er een aardig douceurtje aan overgehouden.' Synoniem: fooi Gevonden op https://woorden.org/woord/douceur
extraatje, fooi, geschenk WOORDFEIT: Douceur is een leenwoord uit het Frans. In die taal betekent het letterlijk 'zoetheid', en in figuurlijke zin 'iets zoets, iets lekkers, iets prettigs'. In het Nederlands heeft het doorgaans een financiële bijbetekenis en wordt het vrijwel altijd in de verkleinvorm gebruikt: douceurtje . De Franse woorden douce... Gevonden op https://onzetaal.nl/uploads/nieuwsbrieven/douceur.html