[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] van Hebreeuws ebjon (arm), ‘armen om Christus' wil’ (vgl. Matth. 5 v. 3 (11 v. 5; 26 v. 11), evenals Nazareners, - omdat Jezus in het arme, verachte Nazareth (zie aldaar) opgevoed was, - oorspronklijk de benaming, waarmede de Joden de Christenen te Jeruzalem en... Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/beer004woor01_01/beer004woor01_01_0009.php
Een van de namen voor jodenchristenen, waarschijnlijk voortgekomen uit de Hebreeuwse eretitel 'armen' (Hebr.: ebjonüm), reeds voor de eerste christengemeente in Jeruzalem gebruikt. Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10495