
echtelijk bijv.naamw. Uitspraak: [ ˈɛxtələk ] Afbreekpatroon: ech·te·lijk
van een echtpaar Voorbeelden: 'de echtelijke slaapkamer' , 'een echtelijke ruzie' Antoniem: buitenechtelijk de echtelijke staat (het huwelijk) Synoniemen: buitenechtelijk (antoniem)
Gevonden op
https://woorden.org/woord/echtelijk

1) Conjugaal 2) Het huwelijk betreffende 3) Het huwelijk betreffend 4) Matrimoniaal
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Echtelijk/1
van een echtpaar vb: waar is de echtelijke slaapkamer?
de echtelijke staat
[het getrouwd zijn]Gevonden op
https://mowb.muiswerken.nl/
Geen exacte overeenkomst gevonden.