I eens bijv.naamw. Uitspraak: [ ens ] met dezelfde mening het eens worden (tot overeenstemming komen) We zijn het helemaal/roerend met elkaar eens. (we hebben precies dezelfde mening) II eens bijwoord Uitspraak: [ ens ] 1) op een bepaald moment in het verleden of in de toekomst Voorbeelden: 'Wanneer kom je weer eens langs?'... Gevonden op https://woorden.org/woord/eens
1) In overeenstemming 2) De zelfde mening 3) In zekere tijd 4) Eendrachtig 5) Eenmaal 6) Eenmalig 7) Eenwerf 8) Indertijd 9) Derde woord in sprookjes 10) Keer 11) Te eniger tijd 12) Te zijner tijd 13) Akkoord 14) In het verleden 15) In de toekomst 16) Maar één keer 17) Weleens 18) Op zeker tijdstip Gevonden op https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Eens/1
1.éénmaal Voorbeeld: ‘Ze kwamen hun vader maar eens 's jaars bezoeken’ 2.in de verbinding: Voorbeeld: ‘eens of anders’: het éne of het andere, zus of zo, op de ene of andere manier Voorbeeld: ‘Nu zou hij een besluit nemen - eens of anders’ Voorbeeld: ‘Er moet toch eens of anders een besluit genomen worden Gevonden op https://dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0008.php
op een keer vb: eens komt er een eind aan Synoniem: ooit Tegenstelling: nooit nog één keer vb: deze ruimte is eens zo groot als de vorige dezelfde mening hebben vb: we zijn het weer eens met elkaar het goed vinden, ermee akkoord gaan vb: ik ben het er niet mee eens Gevonden op https://mowb.muiswerken.nl/
•"alleen predicatief: het ~ zijn-worden" •op enigerlei tijd in het verleden. •op een bepaald tijdstip in de toekomst. •modaal bijwoord dat een uitzondering of een voorstel uitdrukt. Gevonden op https://nl.wiktionary.org/wiki/eens