de engelbewaarder zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ 'ɛŋəlbəwardər ] Afbreekpatroon: en·gel·be·waar·der Verbuigingen: engelbewaarders (meerv.) engel die je beschermt tegen gevaar Synoniem: bewaarengel Gevonden op https://woorden.org/woord/engelbewaarder
[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] (Rooms Katholiek), persoonlijke beschermengel. Letterlijke vertaling van ange-gardien, in verband met Psalm XCI:11; anders: bescherm-engel, schuts-engel. Gevonden op https://dbnl.org/tekst/beer004woor01_01/beer004woor01_01_0009.php
Naar vrome traditie door God gezonden geest die waakt over persoon of groep: de feestdag der engelbewaarders valt op 2 oktober. Gevonden op https://encyclo.nl/lokaal/10694