de fietsketting zelfst.naamw. (m./v.) Uitspraak: [ 'fitskɛtɪŋ ] Afbreekpatroon: fiets·ket·ting Verbuigingen: fietskettingen (meerv.) ketting van je fiets Voorbeelden: 'De fietsketting is eraf gelopen; ik moet hem repareren.' , 'je fietsketting smeren' 1 definitie... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/fietsketting