
fijnhakken werkw. Uitspraak: [ 'fɛinhɑkə(n) ] Afbreekpatroon: fijn·hak·ken Vervoegingen: hakte fijn (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft fijngehakt (volt.deelw.)
in zeer kleine deeltjes hakken Voorbeeld: 'een ui met een uienhakker fijnhakken' Synoniemen: hakken kleinhakken ...
Gevonden op
https://woorden.org/woord/fijnhakken

1) In kleine stukjes snijden 2) Fijnkappen 3) Kleinhakken
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Fijnhakken/1
Geen exacte overeenkomst gevonden.