
babbelen (toon de herkomst via de etymologiebank)
Gevonden op
http://www.etymologiebank.nl/trefwoord/gabberen

babbelen, wauwelen, beuzelpraat vertellen, snateren, proestend lachten (VD) - Voorbeeld: ‘
Hij begreep niet hoe zij met kallegaaien, ravotselen, gabberen, kawauwen en schossebrokken, zottebollend de weelde van de zomer uitvierden’ - Voorbeeld: ‘
Verder leefde zij te boere zonder zorg, van einden in, de godganse dag lachen en gabberen...Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0010.php
Geen exacte overeenkomst gevonden.